De Voorbeeldjaarrekening die de branchegroep Pensioenen jaarlijks uitbrengt, biedt pensioenfondsen en hun uitvoerders een praktisch houvast voor de inrichting van de jaarverslaggeving. Het model 2023 is de zestiende editie en voldoet aan alle actuele richtlijnen en eisen die aan de jaarverslaggeving van pensioenfondsen worden gesteld.

Inleiding

In de editie 2023 van de KPMG Voorbeeldjaarrekening voor pensioenfondsen zijn alle actuele ontwikkelingen op het gebied van jaarverslaggeving meegenomen. Het aantal wijzigingen in de verslaggevingseisen, zoals opgenomen in Titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, is beperkt ten opzichte van voorgaand jaar. Zoals genoegzaam bekend is er echter wel sprake van een groot aantal ontwikkelingen in de sector, waaraan in de jaarverslaggeving aandacht moet worden besteed. We lichten de belangrijke ontwikkelingen hieronder kort toe. 

Wet toekomst pensioenen

Het belangrijkste thema binnen de pensioensector is de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel. De Wet toekomst pensioenen (Wtp) is per 1 juli 2023 in werking getreden, na instemming van zowel de Tweede als de Eerste Kamer. Veel pensioenfondsen en pensioenuitvoeringsorganisaties zijn inmiddels druk bezig met de voorbereidingen op deze historische en ingrijpende transitie. Wij verwachten daarom dat pensioenfondsen in hun bestuursverslag 2023 aandacht besteden aan de wijze waarop zij zich voorbereiden op de transitie, de hoofdlijnen van de geplande transitie en de voortgang van het project. Thema’s die hierbij aan bod kunnen komen, betreffen de status van de besluitvorming rondom de keuze voor de nieuwe pensioenregeling door sociale partners, de projectorganisatie, datakwaliteit en de communicatie met deelnemers. De aard en omvang van de toelichtingen zijn uiteraard afhankelijk van de specifieke omstandigheden van het betreffende pensioenfonds.

Maatschappelijk verantwoord beleggen (SFDR)

Ook blijven de ontwikkelingen ten aanzien van maatschappelijk verantwoord beleggen – en de verantwoording hierover – hoog op de agenda van pensioenfondsen staan. Pensioenfondsen dienen in hun bestuursverslag te vermelden op welke wijze in het beleggingsbeleid rekening wordt gehouden met milieu en klimaat, mensenrechten en sociale verhoudingen (ESG-factoren), met bijbehorende overwegingen. Daarnaast geldt dat pensioenfondsen al sinds maart 2021 moeten voldoen aan de level 1-vereisten van de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR). 

Per 1 januari 2023 moeten pensioenfondsen die de pensioenregeling hebben geclassificeerd als een lichtgroen (artikel 8 SFDR) of donkergroen (artikel 9 SFDR) product, ook voldoen aan level 2 van de SFDR. Level 2 bevat meer gedetailleerde rapportagevereisten, waaronder de eis om de classificatie van beleggingen naar duurzaamheid toe te lichten in periodieke rapportages (waaronder het jaarverslag). Deze fondsen hebben in de jaarverslaggeving over 2022 voor het eerst gerapporteerd over hun duurzaamheidsbeleid en de uitvoering hiervan. Om inzicht te krijgen in de wijze waarop pensioenfondsen zijn omgegaan met de nieuwe toelichtingsvereisten, zijn de jaarverslagen van de 25 grootste pensioenfondsen geanalyseerd. De uitkomsten van dit verkennende onderzoek zijn eerder gepubliceerd in het tijdschrift Financial Investigator en te raadplegen via deze link.

In de jaarverslagen over 2023 zal een vervolg gegeven moeten worden aan de verslaggeving over de SFDR, waarbij ook de vergelijkende cijfers van het voorgaande boekjaar gepresenteerd moeten worden.

Toeslagverlening

De nieuwe algemene maatregel van bestuur (AMvB) van 12 april 2023 maakt het wederom mogelijk om de pensioenen onder voorwaarden te indexeren bij een beleidsdekkingsgraad van ten minste 105%. Hierbij gelden dezelfde voorwaarden als voor de indexatie-AMvB die van toepassing was in 2023.

Pensioenfondsen die voornemens zijn over te gaan naar het nieuwe pensioenstelsel (invaren), kunnen gebruikmaken van deze regeling, mits dit past binnen de ruimte die de eigen pensioenregeling biedt. Pensioenfondsen dienen te onderbouwen of een dergelijk indexatiebesluit past in een evenwichtige besluitvorming, mede vooruitlopend op de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel.

Op basis van de reguliere verslaggevingsrichtlijnen vanuit RJ 610 Pensioenfondsen, dient bepaald te worden op welk moment de toeslagverlening wordt verwerkt in de jaarrekening. Een eventuele toeslagverlening zal een zorgvuldige toelichting in het jaarverslag vereisen, mede gericht op de wijze waarop het bestuur invulling heeft gegeven aan de evenwichtige belangenafweging van alle bij het fonds betrokken partijen.

Andere ontwikkelingen

In de nieuwe editie van de Voorbeeldjaarrekening voor pensioenfondsen hebben wij de voorbeeldteksten ten aanzien van bovenstaande onderwerpen geactualiseerd. 

Daarnaast is ook rekening gehouden met andere relevante ontwikkelingen. Zo dienen vanaf 1 januari 2023 de nieuwe Ultimate Forward Rate (UFR)-parameters te worden gehanteerd zoals opgenomen in het meest recente advies (30 november 2022) van de Commissie Parameters, waarbij de effecten worden verwerkt en toegelicht in de jaarrekening.

Ook hebben veel fondsen in 2023 een evaluatie uitgevoerd van de voorziening voor uitvoeringskosten, mede in het licht van de hoge inflatie en toenemende uitvoeringskosten (mede als gevolg van de voorbereidingen op de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel). Een eventuele aanpassing van de voorziening dient als schattingswijziging te worden verwerkt en toegelicht in de jaarrekening.

Tot slot is eind 2023 een geactualiseerde versie van de Code Pensioenfondsen gepubliceerd. De herziene Code Pensioenfondsen treedt per 1 januari 2024 in werking en vervangt per deze datum de Code Pensioenfondsen uit 2018. Met name op het onderwerp ‘diversiteit en inclusie’ is de herziene Code aangescherpt. Ook in de herziene Code wordt het uitgangspunt ‘pas of leg uit’ gehanteerd, waarbij het aantal normen is teruggebracht van 65 naar 49. Pensioenfondsen zullen in hun jaarverslaggeving over boekjaar 2023 verantwoording afleggen over de Code op basis van de editie uit 2018. De verwijzingen naar de normen uit de Code in deze Voorbeeldjaarrekening zijn daarom gebaseerd op de editie uit 2018. Om aan te sluiten bij de actualiteit, hebben we in de bijlage van de Voorbeeldjaarrekening ook de meest recente editie van de Code opgenomen.

Voorbeeldjaarrekening biedt praktisch houvast

Met deze Voorbeeldjaarrekening bieden wij pensioenfondsen en hun uitvoerders een praktisch houvast bij het opstellen van de jaarverslaggeving over boekjaar 2023. De voorbeeldteksten dienen uiteraard aangepast te worden naar de specifieke feiten en omstandigheden van het fonds.

Voor een nadere toelichting of vragen kunt u contact met een van de auteurs opnemen.