De bestuurlijke digitale agenda en uitvoeringskracht binnen de Nederlandse overheid staan zwaar onder druk. Er zijn steeds meer opgaven en de burger verwacht toegankelijke onlinediensten en producten. Bovendien komt er nieuwe wet- en regelgeving aan die directe invloed heeft op het digitaliseringsprogramma van overheden; denk bijvoorbeeld aan datastrategie en de inzet van generatieve AI. Hoe kunnen overheidsorganisaties al die uitdagingen het hoofd bieden, en bij krimpende budgetten en personeelsschaarste toch hun portfolio? Waar liggen de grote kansen die de digitalisering natuurlijk ook biedt?
De weg vooruit
Onder leiding van Deborah Hofland, Partner Publieke Sector KPMG, lieten twee KPMG’ers hier hun licht over schijnen tijdens een recent interactief webinar: Tim de Koning, Director Digital Transformation, en Peter Kits, die als partner is gespecialiseerd in Law Technology, IP & Data. Zij zien enkele grote bewegingen op weg naar een oplossing. Volgens hen ligt de focus op strategisch portfoliomanagement: een multidisciplinair proces waarbij strategie, control, hr, compliance en architectuur in een strategisch raamwerk worden geïntegreerd. En daarnaast is een strategische data-aanpak onmisbaar, met daaraan gekoppeld de gewenste stappen om compliant te blijven met wet- en regelgeving.
Anders dan voorheen
Hoe kunnen overheidsdiensten doortastend prioriteren? De Koning neemt de webinardeelnemers als eerste mee. Er ligt een hele forse digitale agenda met prioriteiten, dat is duidelijk. Prioriteren is altijd al een uitdaging geweest, maar sommige zaken zijn echt veranderd. Denk aan de huidige schaarste aan resources en talent, een schaarste die nijpender is dan ooit. Het is erg lastig om mensen te vinden met de benodigde technologische kennis. Daarnaast zorgen budgetbeperkingen voor een grote druk op het portfolio. En dan zijn er ook nog nieuwe, Agile-gebaseerde waarin budgettering en prioriteitstelling anders werken. In plaats van langetermijnprogramma's met grote businesscases is veel frequenter prioriteren nu waar het om draait. Op elk organisatieniveau neemt het tempo van prioritering toe. Logisch, want sturen op waarde betekent automatisch meer sturen.
Strategisch raamwerk en kwantificering
Tijdens het webinar werden ook vragen gesteld aan de deelnemers. Eerste vraag: “Hebt u voldoende inzicht in de lopende digitale initiatieven en hebt u scherp in beeld waar ze aan bijdragen?” Voldoende inzicht en overzicht is er wel, zegt 60%, maar hoe de afzonderlijke initiatieven precies bijdragen, is vaak minder duidelijk.
Door goed portfoliomanagement weet je als organisatie wat je aan het doen bent, zegt De Koning. Maar je weet dan nog niet hóé iets bijdraagt. Weet je precies wat je wilt bereiken? Is je waaróm voldoende helder? Of het nu gaat om bijvoorbeeld klanttevredenheid, capaciteitsgroei of een ander thema uit het portfolio, de twee startvragen zijn altijd: (1) ‘Waarom doen we dit?’ en (2) ‘Kan ik uitleggen wat de dingen die we doen bijdragen aan het waarom?’ Vervolgens kom je uit op een strategisch raamwerk, waarin je doelstellingen en het waarom zijn vervat, maar ook hoe je die hebt gekwantificeerd en welke metrieken je daarbij gebruikt. En zo kun je op elk niveau bekijken wat je nodig hebt om op de gewenste resultaten te sturen. Stel, je wilt vanuit je strategie een bepaalde capaciteit met 20% vergroten, dan kun je individuele initiatieven beoordelen op de bijdrage die ze daaraan leveren. De uitdaging begint dus bij de kwantificering van je strategische raamwerk.
Strategische verdieping aanbrengen
Om strategische verdieping aan te brengen, is het goed om doelstellingen en thema’s verder af te pellen. Een methode zoals OKR, bijvoorbeeld, helpt teams en individuen bij het stellen van (sub)doelen. Zo kun je doelstellingen vervolgens kwantificeren, en kun je ze als team ‘naar boven toe’ verantwoorden. Omgekeerd is er dan minder top-downsturing nodig en dat geeft de hogere bestuurslagen meer ruimte. Je strategische raamwerk is een levend iets, een basis voor een continue dialoog. Op het hoogste niveau is zo’n raamwerk twee tot drie jaar houdbaar, maar naarmate je dieper in de organisatie komt, worden de doelstellingen en de kwantificering op steeds kortere termijn herzien.