• Sikko Bruinsma, Partner |

De rol van het onderwijs is wat ESG (Environmental, Social, Governance) betreft een bijzondere. Aan de ene kant moeten onderwijsinstellingen als geen ander de vinger aan de pols houden wat betreft maatschappelijke vraagstukken. Duurzaamheid leeft als nooit tevoren: van studenten die last hebben van klimaatstress tot docenten die ‘purpose’ zoeken – en van de vergroening van campussen, tot het zoeken naar aansluiting op het bedrijfsleven waar ESG steeds belangrijker wordt. Aan de andere kant is de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD), de uitgebreide Europese regelgeving op ESG-gebied, formeel niet van toepassing op onderwijsinstellingen. Hetgeen betekent dat wettelijk gezien maar weinig echt moet.

ESG: geen eenduidige aanpak

In de praktijk zijn er enorme verschillen in de mate waarin onderwijsinstellingen – naast het verwerken van het onderwerp in het curriculum – bezig zijn met ESG. Sommige omarmen het onderwerp en zetten belangrijke stappen, zo zijn er groene HO’s en MBO’s die heel actief zijn. Andere hebben al veel op hun bord en doen slechts het hoognodige. Wat overal nog vaak ontbreekt, is het nemen van gestructureerde verantwoording voor wat er gebeurt, zowel intern als extern. Daar is overigens wel al een start mee gemaakt: vanuit OCW is een Ketenwerkgroep Duurzaamheidsverantwoording opgericht waarin ook vertegenwoordigers vanuit het onderwijs zitten. Hierin wordt gelukkig wél gewerkt aan een modelmatige aanpak. Belangrijk, want alleen zo kan het onderwijs die ESG-verantwoordelijkheid vorm geven. En dat is om twee redenen noodzakelijk. Allereerst is momenteel slecht inzichtelijk wat er nu precies gebeurt binnen individuele instellingen, en al helemaal sector-breed. Daarnaast zorgt de huidige losse aanpak voor weinig samenhang om ESG daadwerkelijk verder te brengen. 

Aanbevelingen voor ESG-implementatie

Onderwijsinstellingen kunnen overwegen om vrijwillig elementen van CSRD te integreren in hun beleid en rapportage. Bijvoorbeeld door een vijftal onderliggende thema’s te kiezen die relevant en concreet zijn voor het onderwijs en deze in een framework te gieten, gebaseerd op CSRD. Op die manier kunnen instellingen hun duurzaamheidsinspanningen structureren zonder te verzanden in bureaucratie. Om dit echt verder te brengen, is het essentieel dat er gesprekken worden gevoerd met alle stakeholders. Met raden van toezicht uiteraard, maar bijvoorbeeld ook met vertegenwoordigers van studenten, zodat alle perspectieven aan bod komen. Ook belangrijk is het vastleggen van data en het ontwikkelen van betrouwbare meetmethoden, alleen zo kunnen duurzaamheidsinitiatieven gestuurd en verantwoord worden. Die aanpak werkt vooral goed als in de sector wordt samengewerkt met uniformiteit als doel. Dit maakt het meteen aantrekkelijker voor softwareleveranciers om hiervoor oplossingen te ontwikkelen die schaalbaar zijn; ook dat helpt bij het verminderen van de administratieve lasten binnen onderwijsinstellingen.

Werk met ambassadeurs binnen de organisatie

ESG, zelfs indien dit op deze modelmatige manier wordt aangevlogen, blijft een omvangrijk vraagstuk. Het kan alleen succesvol zijn als de hele organisatie daarin meegaat. Uiteindelijk gaat het om wat je daadwerkelijk doet. Daarover transparant zijn, bijvoorbeeld in je jaarverslag, is daar een logisch vervolg op. Daarom is het belangrijk om intern ambassadeurs aan te stellen die het thema dragen en verder brengen. Let wel, dit is niet iets dat je ‘er even bij doet’. Geef mensen tijd en mandaat én leg duurzaam gedrag vast, onder andere in heldere KPI’s waarop monitoring plaatsvindt. Zo gaat het breder leven in de organisatie. Het gaat erom dat er stappen worden gezet op het thema ‘duurzaamheid’, dat is ook wat we van elkaar mogen verwachten. En als je op deze manier successen boekt, wees daar transparant over en gebruik de elementen vanuit de CSRD als kapstok om het aan de wereld te laten zien.

ESG en betaalbaarheid

Natuurlijk speelt betaalbaarheid een rol in dit verhaal. Waren er tot voor kort veel overschotten in het onderwijs, tegenwoordig staan inkomsten onder druk en moet er bezuinigd worden. Tegelijkertijd komen uitdagingen zoals automatisering op onderwijsinstellingen af. Deels is dat een kwestie van keuzes maken – een affectieve, uniforme manier om ESG aan te vliegen helpt daarbij. Tegelijkertijd is ESG een ketenvraagstuk dat het onderwijs niet zonder andere stakeholders kan oppakken. In de praktijk moet de funding voor verduurzaming aan de ene kant vanuit de onderwijsinstellingen zelf komen, daarnaast is het aan overheden om dat mede mogelijk te maken. Zo kunnen die een grotere rol spelen dan nu het geval is, door bijvoorbeeld duurzaamheid bij schatkistbankieren wél een plek te geven. Door ervoor te zorgen dat investeren in bijvoorbeeld duurzame nieuwbouw beloond wordt met prikkels en bonussen. Dat kan al simpel, bijvoorbeeld door te kiezen voor minder parkeerplaatsen en een andere focus op mobiliteit. Wat eventuele externe financiering betreft: bij banken moet steeds meer worden voldaan aan duurzaamheidseisen, het is belangrijk je daarvan bewust te zijn als onderwijsinstelling.

Conclusie: ESG als strategische noodzaak

Kortom, ESG binnen het onderwijs is misschien geen wettelijke noodzaak, maar zeker een morele plicht. Door dit op een gestructureerde manier sector-breed op te pakken, kunnen onderwijsinstellingen hun ESG-strategie versterken en een voorbeeldfunctie vervullen in de transitie naar een duurzamere maatschappij. Door samen te werken, innovatieve oplossingen te implementeren en een duidelijke visie te handhaven, kan het onderwijsveld een belangrijke rol spelen in duurzame ontwikkelingen en maatschappelijk verantwoord ondernemen.

Verder praten over dit onderwerp, van strategie tot meer praktisch? Bijvoorbeeld over hoe je een stakeholderanalyse of ‘double materiality’-analyse kunt uitvoeren? Neem dan contact op met Sikko Bruinsma of Hubert Visser.

Meer informatie

Voor meer informatie kan contact worden gezocht met Sikko Bruinsma of Hubert Visser. Graag dragen wij bij aan de oplossing van de genoemde issues!