Eind vorig jaar werd de lang verwachte circulaire 2021/C/114 inzake de btw-vrijstelling voor medische beroepen en ziekenhuizen gepubliceerd. Deze circulaire bevat verduidelijkingen over het gewijzigde toepassingsgebied van de zogenaamde “medische btw-vrijstellingen”. De nieuwe wetgeving trad in werking op 1 januari 2022.

De aangepaste wetgeving kwam tot stand als gevolg van een arrest van het Grondwettelijk Hof in 2019, dat verschillende aspecten van deze medische btw-vrijstellingen van artikel 44 §1 en §2, 1° a) van het btw-boek vernietigd heeft. Het toepassingsgebied van deze vrijstellingen vindt voortaan meer aansluiting bij de zienswijze van het Europees Hof van Justitie. 

Gewijzigd personeel toepassingsgebied “vrijstelling medische beroepen”

De circulaire verduidelijk dat het personeel toepassingsgebied van deze vrijstelling (lees: de beroepsbeoefenaars die zich op deze vrijstelling kunnen beroepen) werd uitgebreid. Voortaan zullen naast de (para-)medische beroepsbeoefenaars waarvoor een wettelijk kader bestaat (categorie 1), ook de beoefenaars van de andere medische en paramedische beroepen waarvoor géén wettelijk kader bestaat gebruik kunnen maken van de medische vrijstelling (categorie 2).

De beroepsbeoefenaars van deze tweede categorie zullen in principe enkel gebruik kunnen maken van de vrijstelling wanneer ze houder zijn van een specifiek certificaat. Dat certificaat moet afgeleverd zijn door een instelling die erkend werd door een bevoegde overheid van het land waar die instelling gevestigd is. Uit het certificaat moet blijken dat deze beroepsbeoefenaars beschikken over de noodzakelijke kwalificaties om medische verzorging te verlenen waarvan het kwaliteitsniveau voldoende hoog is om soortgelijk te zijn aan die aangeboden door de beroepsbeoefenaars bedoeld in de eerste categorie. De circulaire vermeldt dat deze tweede categorie bestaat uit de psychologisch consulenten, de psychomotorisch therapeuten en de medische of gespecialiseerde voetverzorgers.

Gewijzigd materieel toepassingsgebied “vrijstelling medische beroepen”

Daarnaast is het materieel toepassingsgebied van deze vrijstelling ingeperkt.  Deze btw-vrijstelling kan door de nieuwe regels enkel nog worden toegepast als de geleverde diensten een “therapeutisch doel” hebben.  Dat houdt volgens de circulaire in dat “de diensten de diagnose, de behandeling en, in de mate van het mogelijke, de genezing van ziekten of gezondheidsproblemen” tot doel moeten hebben. De circulaire vermeldt daarnaast dat de vrijstelling ook van toepassing is op medische diensten die worden verricht voor preventiedoeleinden en in gevallen waarin de patiënt geen ziekte of gezondheidsprobleem blijkt te hebben. Het is bovendien aan de medische beroepsbeoefenaar zelf om in eer en geweten te oordelen of een medische behandeling al dan niet een therapeutisch doel dient.

Gewijzigd materieel toepassingsgebied “ziekenhuisvrijstelling”

Dat “therapeutisch doel” geldt onverkort voor de diensten van ziekenhuizen, psychiatrische instellingen, poliklinieken, privéklinieken en dispensaria.

Specifiek voor de “ziekenhuisvrijstelling” geldt dat deze vrijstelling zich (naast de al dan niet therapeutische gezondheidskundige verzorging van de mens) alleen nog uitstrekt tot de zogenaamde “nauw met ziekenhuisverpleging en medische verzorging samenhangende leveringen van goederen en diensten”.

De circulaire geeft een niet-limitatief overzicht van handelingen die wel of niet kwalificeren als dergelijke “nauw samenhangende handelingen”. Zo wordt bijvoorbeeld uitdrukkelijk gesteld dat de volgende diensten niet kwalificeren als “nauw samenhangende handelingen”: de terbeschikkingstelling van internet, een televisie of telefoon tegen betaling in de kamer van een patiënt, de terbeschikkingstelling van een parkingplaats tegen betaling aan de patiënten, bezoekers of werknemers van het ziekenhuis, kappers- of manicurediensten verricht tegen betaling voor patiënten tijdens hun verblijf in het ziekenhuis, behoudens onco-esthetiek en het uitbaten van een drank- of eetgelegenheid (ook wanneer patiënten hiervan gebruikmaken). Het spreekt voor zich dat deze zienswijze een grote impact heeft op de “ziekenhuisfactuur” en het btw-statuut van de ziekenhuizen en gelijkstelde inrichtingen. Tot 31 december 2021 waren de hogergenoemde prestaties immers principieel vrijgesteld van btw (o.a. op basis van diverse gepubliceerde administratieve toleranties).

Vrijstellingregeling kleine ondernemingen

Voor bepaalde beroepsoefenaars kan de werkelijke impact mogelijks geneutraliseerd worden door de vrijstellingsregeling voor kleine ondernemingen als de niet-therapeutische handelingen onder het jaarlijkse drempelbedrag van 25.000 euro blijven.

Recht op aftrek en herziening van (historische) BTW

De nieuwe regels wijzigen het btw-statuut van vele belastingplichten (beroepsbeoefenaars, ziekenhuizen, e.d.). Een aantal volledig vrijgestelde belastingplichtigen worden bijvoorbeeld nu volledig of gemengd belastingplichtige (behoudens de toepassing van de regeling inzake kleine ondernemingen). Daarom bevat de circulaire logischerwijs ook een afdeling die gewijd is aan het recht op aftrek en de (positieve dan wel negatieve) herzieningen die doorgevoerd moeten worden in het kader van de gewijzigde regels. Dat onderdeel gaat in essentie over een herhaling van gekende regels en principes.

Inwerkingtreding, overgangsregels, toleranties en controle

De nieuwe btw-vrijstellingen traden in werking op 1 januari 2022. De circulaire voorziet in overgangsmaatregelen voor enkele bijzondere situaties. Verder bevat de circulaire ook enkele toleranties inzake de indiening van btw-aangiften. Tot slot vermeldt de circulaire dat door de gezondheidscrisis de minister de btw-administratie verzocht heeft om, voor het jaar 2022, een soepele houding aan te nemen in het kader van een eventueel fiscaal toezicht op de juiste toepassing van de bovengenoemde nieuwe bepalingen bij een kennelijk onopzettelijke fout van een beroepsbeoefenaar.