Het mobiliteitslandschap ondergaat één van de grootste sociale, technologische en economische verschuivingen van deze generatie. De aanhoudende bevolkingsgroei en verstedelijking, toenemende verkeersdrukte en strengere milieunormen en klimaatdoelstellingen zorgen er in combinatie met de toenemende druk op de overheidsbudgetten voor weginfrastructuur en openbaar vervoer voor dat nieuwe mobiliteitsvormen van cruciaal belang worden voor de toegankelijkheid en leefbaarheid van onze steden. Op dat gebied zijn er heel wat belangrijke opportuniteiten voor (lokale) overheden. Denk maar aan de evolutie naar duurzame mobiliteit via EV-technologie, de opkomst van de deeleconomie en de vooruitgang in autonome en geconnecteerde voertuigen. Die trends worden bovendien op de voet gevolgd door verschillende (nieuwe) private en publieke spelers die hun plaats willen veroveren in het mobiliteitsecosysteem van morgen. In onderstaand artikel zullen we de verschillende opportuniteiten één voor één verkennen. 

Evolutie naar duurzame mobiliteit

Hoewel duurzame mobiliteit vandaag nog niet volledig is doorgedrongen in de markt, wordt er wel verwacht dat het een standaard zal worden in de toekomst van (stedelijke) mobiliteit. De toenemende beschikbaarheid en competitiviteit van nieuwe elektrische voertuigen (niet alleen wagens, maar ook elektrische steps en fietsen), de snel dalende kostprijs van batterijen en het toenemende aantal oplaadpunten zullen de drempels voor massale overschakeling naar milieuvriendelijke voertuigen verlagen. Ter illustratie: tegen 2030 wordt verwacht dat het (wereldwijde) marktaandeel van elektrische wagens bijna 30% zal bedragen.

Figuur: Verwacht marktaandeel van elektrische wagens 2030-2050 (wereldwijd). Bron: Morgan Stanley (geraadpleegd via Statista)

Figuur: Verwacht marktaandeel van elektrische wagens 2030-2050 (wereldwijd). Bron: Morgan Stanley (geraadpleegd via Statista)

Een bijkomende stimulans voor deze evolutie is de ambitie van (nationale en Europese) overheden voor een toekomstgericht en duurzaam mobiliteitsbeleid. De investeringen in een kwaliteitsvol (emissievrij) openbaarvervoernetwerk, de uitbreiding van fietsnetwerken, de ondersteuning van de deelmobiliteit en de invoering van een systeem als een slimme kilometerheffing (waarbij de gebruiker een belasting betaalt op gebruik van een voertuig in plaats van op het bezit) zijn complementaire beleidsinstrumenten die steeds meer ingezet worden om reizigers te overtuigen het meest duurzame en voordelige vervoersmiddel te gebruiken.

Opkomst van de deeleconomie en mobility-as-a-service (maas)

De opkomst van de deeleconomie zorgt voor een drastische verandering in de manier waarop consumenten toegang hebben tot producten en diensten. Dat zal, vooral bij jongere generaties, leiden tot minder eigen bezit van vervoersmiddelen, en een grotere vraag naar gedeelde mobiliteit (fietsen, auto’s, steps, …). Bovendien zorgt de opkomst van ‘Mobility-as-a-Service’-platformen voor steeds meer geïntegreerde en op maat gemaakte mobiliteitsdiensten. De vraag naar gedeelde mobiliteit wordt ook bevorderd door de steeds grotere verstedelijking en de continue (digitale en elektrische) technologische verbeteringen die de investerings- en operationele kosten van deze mobiliteitsopties sterk doen dalen. 

Figuur: percentage reizigerskilometers toe te schrijven aan gedeelde mobiliteit tussen 2025 en 2035 (wereldwijd) - Bron: KPMG Analyse

Figuur: percentage reizigerskilometers toe te schrijven aan gedeelde mobiliteit tussen 2025 en 2035 (wereldwijd) - Bron: KPMG Analyse

Niettegenstaande, wordt toch verwacht dat de impact op de huidige modale mix relatief beperkt zal blijven. Enerzijds zullen meer reizigers gebruik maken van openbaar vervoer, deelfietsen en deelsteps, wat het volume aan wagens in de stadskernen sterk zal doen verminderen. Anderzijds wordt verwacht dat het gemiddelde gebruik per wagen (aantal afgelegde kilometers per jaar) sterk zal stijgen door een breder (en goedkoper) aanbod van autodeeldiensten  en door de verwachting dat de wagen het hoofdvervoermiddel zal blijven voor interstedelijke verplaatsingen (bijvoorbeeld het woon-werkverkeer, waarbij vandaag bijna 7 op 10 werknemers voor de wagen kiest (Departement MOW, 2019)).

Figuur: evolutie in modale mix van reizigerskilometers in België. (bron: Federaal planbureau, 2019)

Figuur: evolutie in modale mix van reizigerskilometers in België. (bron: Federaal planbureau, 2019)

Vooruitgang in technologie van geconnecteerde en autonome voertuigen

De opkomst van geconnecteerde en autonome voertuigen (CAV’s) wordt ondersteund door nieuwe technologieën en meer mature digitale en fysieke infrastructuur. CAV’s kunnen de manier waarop mensen en goederen worden verplaatst fundamenteel veranderen en zo mobiliteit helpen transformeren. Deze evolutie kan een verbetering betekenen voor de verkeersveiligheid en congestie, vooral via gedeelde mobiliteit en slim verkeersmanagement. Daarnaast kan het ook de inclusiviteit voor jongere en oudere reizigers verhogen, de productiviteit verbeteren, nieuwe reiservaringen creëren en waardevol stedelijk gebied, zoals parkeerplaatsen, vrijmaken. Tegen 2035 wordt er verwacht dat (semi)-autonome voertuigen (niveau 3-4-5) ongeveer 25% van de wereldwijde verkoop van nieuwe voertuigen zullen bedragen. 

Figuur: Niveaus van autonoom rijden (bron: KPMG analyse)

Figuur: Niveaus van autonoom rijden (bron: KPMG analyse)

De overheid speelt een centrale rol in de adoptiesnelheid van AV’s. Die rol manifesteert zich op verschillende vlakken, rekening houdend met de vier belangrijkste pijlers van AV-acceptatie: infrastructuur, R&D in AV-technologie, publieke acceptatie en regelgeving. Al die factoren worden in detail overwogen binnen de ‘AV-readiness’-index van KPMG. De meest recente editie van de index (2020) plaatst België daarbij op de 21ste plaats van de 30 opgenomen landen. Die positie is het resultaat van een uitgebreide quotering op diverse aspecten binnen de vier pijlers. Voornamelijk op vlak van weginfrastructuur, data uitwisseling, bedrijfsinvesteringen, en penetratie van autoritdiensten (als alternatief voor taxi’s) scoort België volgens dit onderzoek ondermaats. Autonome voertuigen kunnen nochtans congestie verminderen door de capaciteiten van carpooling en het openbaar vervoer te optimaliseren. Op dat gebied zou ons land dan ook zeker kunnen profiteren van de verschillende opportuniteiten die autonome voertuigen bieden. 

Hervorming van het mobiliteitsecosysteem

De verschillende nieuwe kansen voor de mobiliteitssector zullen zorgen voor een volledige hervorming van het mobiliteitsecosysteem. De concurrentie tussen traditionele toeleveranciers (OEM's), tech-giganten en startups zal ongetwijfeld heviger worden. De voorheen duidelijke lineaire waardeketens en industriegrenzen zullen in dit nieuwe mobiliteitslandschap steeds verder naar elkaar toegroeien. Naarmate de grenzen tussen diensten steeds vager worden, zullen er nieuwe synergiën ontstaan. Door de doorgedreven digitalisering en de opkomende ‘Mobility-as-a-Service’ wordt verwacht dat aantal spelers zich zullen positioneren als ‘aggregators’ voor mobiliteitsdiensten (m.a.w. één platform voor openbaar vervoer, deelfietsen en -steps, personenvervoer, bezorgdiensten, leasing, etc.). Het resultaat is een complex web van verbonden waardeketens.

Figuur: Inzicht in de diversiteit van waardeketen in het mobiliteitsecosysteem (bron: KPMG analyse)

Figuur: Inzicht in de diversiteit van waardeketen in het mobiliteitsecosysteem (bron: KPMG analyse)

Elke speler binnen het mobiliteitsecosysteem heeft eigen behoeften en eisen. Dat kan mogelijks tot conflicten leiden. Particuliere private vervoersbedrijven (die bv. autoritten op aanvraag of elektrische steps aanbieden), zullen zich aansluiten bij publieke openbaarvervoersbedrijven om zo geïntegreerde intermodale platformen op te zetten die eindgebruikers stimuleren om (duurzame) vervoerskeuzes te maken. Nutsbedrijven zullen dan weer de stijgende vraag naar elektriciteit als gevolg van het toenemende gebruik van elektrische voertuigen moeten beheren. En ook geconnecteerde voertuigen zullen nieuwe opportuniteiten bieden voor technologiebedrijven en verzekeraars.

Er wordt verwacht dat overheden en steden in dit ecosysteem een belangrijke rol zullen spelen als facilitator of coördinator. Beleid en regelgeving zullen daarbij een grote invloed hebben op de beslissingen van toonaangevende spelers om de markt te betreden. In de context van de ‘Smart City’-ontwikkelingen zullen ze gebruik willen maken van de data van personen en voertuigen die verzameld werd door nieuwe mobiliteitsaanbieders. Met die data kunnen ze stedelijke doelstellingen verwezenlijken, zoals minder congestie en uitstoot, of de veiligheid van onze wegen optimaliseren. Een duurzame ruimtelijke inrichting zal zo op termijn ook weer een duurzame mobiliteit ondersteunen.

 

Dit artikel is gebaseerd op onderzoek vanuit het Internationaal KPMG netwerk, en werd op basis van eigen ervaring met het Belgische mobiliteitslandschap overeenkomstig aangepast.

Wat kan KPMG hierin voor u betekenen?

De toegewijde, internationale afdeling ‘Publieke Sector’ van KPMG levert een breed aanbod aan adviesdiensten op vlak van (digitale) transformaties, Smart Cities, strategische studies, beleidsevaluaties, publiek-private samenwerking (PPS), financieel advies en programma- en projectbeheer. Door diverse projecten heeft het team een grondige kennis opgebouwd van de algemene context van de hedendaagse mobiliteitsuitdagingen, regelgevende context en mobiliteitsproblematieken bij de betrokken overheidsniveaus, gaande van de federale tot de regionale overheden en lokale besturen, waaronder Departement Mobiliteit & Openbare Werken, het Brusselse project “SmartMove” o.l.v. Brussel Fiscaliteit, Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn, Skeyes, FOD Mobiliteit, De Werkvennootschap, Sofico, etc. 

Ontdek meer