Belgische bedrijven voldoen vandaag nog steeds niet aan de Non-Financial Reporting Directive (NFRD) van 2014. Het is nu tijd om die achterstand in te halen en zich wellicht reeds tegen 2023 voor te bereiden op de veel uitgebreidere, onlangs voorgestelde richtlijn over duurzaamheidsverslaglegging van ondernemingen (Corporate Sustainability Reporting Directive - CSRD)

De richtlijn voor niet-financiële verslaglegging (NFRD) van 2014 vereist dat zeer grote organisaties van openbaar belang (OOB's) jaarlijks informatie rapporteren over milieu, sociale kwesties, werknemers, mensenrechten en anti-omkoping en -corruptie. Die richtlijn werd in september 2017 omgezet in het Belgisch recht. Belgische ondernemingen die onder het toepassingsgebied van de wetgeving vallen, moesten vanaf boekjaar 2017 voor het eerst aan de rapporteringsvereisten voldoen.

Eind 2019 verbond de Europese Commissie zich er in haar Europese Green Deal-mededeling toe om de NFRD te herzien in het kader van hun strategie om de fundamenten voor duurzame investeringen te versterken. Op 21 april 2021 heeft de Commissie een voorstel voor een richtlijn inzake verslaglegging over de duurzaamheid van ondernemingen (Corporate Sustainability Reporting Directive, CSRD) aangenomen. 

De CSRD zou vanaf begrotingsjaar 2023 van toepassing te zijn en wijzigt de bestaande vereisten van de NFRD aanzienlijk. Enkele van de belangrijkste nieuwigheden van de CSRD zijn:

  • de uitbreiding van het toepassingsgebied van de rapportageverplichtingen tot alle grote ondernemingen en alle aan gereglementeerde markten genoteerde ondernemingen (met uitzondering van beursgenoteerde micro-ondernemingen). De NFRD had ongeveer 10 000 Europese ondernemingen in haar toepassingsgebied; de CSRD zou bijna 50 000 ondernemingen in haar toepassingsgebied hebben;
  • de verplichting om zekerheid te verschaffen over de gerapporteerde duurzaamheidsinformatie. Attestatie van duurzaamheidsinformatie was geen vereiste in het kader van de NFRD; het was een optie die aan het oordeel van de afzonderlijke lidstaten werd overgelaten. Frankrijk was een van de weinige landen die deze eis reeds eerder hebben ingevoerd;
  • de invoering van meer gedetailleerde rapportagevereisten, waaronder de eis om te rapporteren volgens de verplichte duurzaamheidsrapportagenormen van de Europese Unie (EU);
  • de verplichting die bedrijven hebben om de gerapporteerde informatie digitaal te 'taggen', zodat ze machinaal leesbaar is en kan worden ingevoerd in het Europese centrale toegangspunt dat in het actieplan voor de kapitaalmarktenunie wordt beoogd.

 

In de aanloop naar deze belangrijke hervorming heeft KPMG België recent, en gebaseerd op rapportering in 2020 met betrekking tot het boekjaar 2019, een studie uitgevoerd naar de status van de niet-financiële rapportering van Belgische vennootschappen die onder het toepassingsgebied van de wetgeving over niet-financiële informatie vallen. Voldoen de Belgische vennootschappen al aan de huidige wetgeving en zijn ze voorbereid op de volgende stap in de rapportering over niet-financiële informatie, rekening houdend met de strengere vereisten van de CSRD? In vergelijking met de studie van 2018, die betrekking had op het boekjaar 2017, worden enkele kwantitatieve en kwalitatieve verbeteringen in de rapportering vastgesteld. Er blijven echter nog verschillende leemten en kwaliteitsproblemen bestaan in de niet-financiële verslaggeving van de onderzochte Belgische ondernemingen.

Niet-financiële verslaggeving

Mike Boonen, Partner bij KPMG België, legt uit: "Onze studie voor 2020 toont aan dat nog steeds niet alle ondernemingen die onder het toepassingsgebied van de NFRD 2014 vallen de niet-financiële informatie rapporteren zoals vereist. Hoewel de rapporteringsverplichting al bestaat sinds boekjaar 2017, wordt voor boekjaar 2019 slechts een rapporteringsgraad van 93% vastgesteld. Het is opvallend dat nog steeds niet alle OOB's in het huidige toepassingsgebied rapporteren over niet-financiële informatie, ook omdat de CSRD het toepassingsgebied zal uitbreiden tot alle grote ondernemingen, inclusief niet-OOB's. Hierdoor wordt binnen amper drie jaar het aantal bedrijven dat zal moeten rapporteren zowat vervijfvoudigd in Europa, en zelfs vertienvoudigd in België mede omdat in ons land de NFRD slechts voor het strikt vereiste minimum werd omgezet in nationaal recht, dus België zal nu in aanloop naar de CSRD een bijzonder grote inhaalbeweging dienen te maken.”

Olivia Van Heuven, Consultant bij KPMG België vervolgt: "Onze studie van 2020 geeft ook duidelijk aan dat er veel verbeteringen nodig zijn op methodologisch vlak. Slechts 64% van de organisaties verwees naar een Europees of internationaal kader waarop ze hun rapportering modelleerden; dat komt overeen met een lichte stijging van 8% ten opzichte van de studieresultaten van 2018. Niettemin is dat ook een wettelijke verplichting. Het Global Reporting Initiative (GRI Standards) is het rapporteringskader dat het meest wordt gebruikt door Belgische organisaties. Vaak wordt er slechts in beperkte mate voldaan aan de basisprincipes van dergelijke kaders die bovendien momenteel in België nog steeds niet zijn bepaald bij Koninklijk Besluit. Het is bijzonder belangrijk om dat te verbeteren aangezien de CSRD verplichte duurzaamheidsrapporteringsnormen zal invoeren die door de EU worden onderschreven.

Ondertussen laat ons onderzoek van 2020 een aantal verbeteringen zien in de inhoud en kwaliteit van de rapportering, vooral op het gebied van sociale en milieuaspecten, in meer gematigde mate op het gebied van diversiteit en bestrijding van omkoping en corruptie, maar eerder een status-quo op het gebied van mensenrechten. Ondanks de verbeteringen zien we nog steeds dat ondernemingen over het algemeen te weinig rapporteren over mensenrechten en anti-omkoping en -corruptie, in vergelijking met diversiteit, sociale aspecten en milieuaspecten. Ook daar is het belangrijk om een inhaalbeweging te maken, aangezien de CSRD nog uitgebreidere toelichtingsvereisten met zich mee zal brengen."

Steven Mulkens, Manager bij KPMG België voegt toe: "Ook is het aantal verslagen dat tot nu toe zekerheid door onafhankelijke attestatie heeft verkregen over een deel (of delen) van de niet-financiële informatie (26%) nog steeds erg laag, ondanks de bescheiden stijging (+9%) ten opzichte van de onderzoeksresultaten van 2018. Dit lage ‘assurance’-percentage heeft verschillende gevolgen voor de robuustheid van de gegevens en de verslaggevingskwaliteit van de niet-financiële informatieverklaringen. Ook betekent dit, gezien de specificatie van verplichte ‘assurance’ in de CSRD, dat er nog grote stappen moeten worden gezet om aan de vereisten te voldoen. 

Anderzijds heeft onze studie met betrekking tot de controleverklaringen vastgesteld dat, hoewel de meeste accountants (86%) een niet-financiële verklaring in hun controleverklaring opnemen, slechts een kleine minderheid (3%) van deze accountants een voorbehoud over de volledigheid van de informatie heeft geformuleerd - ook al ontbrak er duidelijk een deel van de vereiste informatie in een aanzienlijk aantal van de onderzochte verslagen."  

Diversiteit

Harry Van Donink, CEO van KPMG België, legt uit dat het KPMG-onderzoek van 2020 een bescheiden stijging vaststelt in de rapportering van Belgische bedrijven over diversiteit in vergelijking met het vorige onderzoek van 2018. "In totaal hebben acht op de tien bedrijven een diversiteitsverklaring opgenomen; dat is een stijging van 7%. We zien echter dat het bekendmaken van de beleidsdoelstellingen nog steeds een uitdaging is voor bijna de helft van de bedrijven (44%), met een daling van 8% in de rapportage in vergelijking met onze vorige studie. Bovendien rapporteren nog steeds slechts zes van de tien bedrijven over de uitvoering en de resultaten van het diversiteitsbeleid. Wat het quotum van 1/3 diversiteit van geslacht in de raad van bestuur betreft, voldoet ook slechts ongeveer 62% aan de richtlijn door bekend te maken welke inspanningen zijn geleverd om dat quotum te handhaven of te bereiken.

Sociale en personeelsaangelegenheden

Bedrijven rapporteren duidelijk uitgebreider over sociale en personeelskwesties in vergelijking met het fiscale jaar 2017, vooral over de risico's en resultaten van het beleid. Uit de KPMG-studie bleek dat negen van de tien bedrijven informatie bekendmaakten over hun sociale en personeelsbeleid en due diligence: een stijging van 9%. Acht op de tien bedrijven rapporteren over de resultaten van hun beleid (+25%) en de bijbehorende risico's (+45%). Ongeveer 69% maakt in hun niet-financiële verslaglegging ook prestatie-indicatoren bekend (+18%).

Milieukwesties en verslaggeving over klimaatverandering

"De verslaggeving over milieukwesties en klimaatverandering heeft de afgelopen twee jaar een zeer belangrijke verschuiving doorgemaakt", legt Mike Boonen uit. "Negen van de tien bedrijven rapporteren over hun milieubeleid (+6%) en bijna zes van de tien erkennen dat klimaatverandering een belangrijk risico voor hun bedrijf is (+32%).  Uit onze studie blijkt dat bijna 86% van de bedrijven verslag uitbrengt over hun beleidsresultaten (+16%), ongeveer 69% de belangrijkste risico's vermeldt (+39%), en ongeveer 81% verslag uitbrengt over prestatie-indicatoren (+18%). Hoewel de erkenning van klimaatrisico's toeneemt, rapporteren bedrijven er meestal over in een algemene verhalende vorm in plaats van de kwantitatieve potentiële impact te analyseren en bekend te maken. Slechts 17% van de bedrijven verwijst naar de TCFD (Taskforce for Climate-related Financial Disclosures) met betrekking tot klimaatrisico's (+8%).

De CSRD zal meer begeleiding en inzicht bieden over dit onderwerp door nieuwe openbaarmakingsvereisten en de verplichte duurzaamheidsrapportagestandaarden waarin de rapportageaanbevelingen van de TCFD zullen worden opgenomen."

Anti-omkoping en -corruptie

Steven Mulkens gaat dieper in op de door de NFRD vereiste rapportage over anti-omkoping en
-corruptie, die een iets hogere kwantiteit en kwaliteit vergt. "Dit is duidelijk nog ondermaats als het gaat om het voldoen aan de wetgeving. Hoewel acht op de tien bedrijven informatie verstrekken over hun beleid en zorgvuldigheid met betrekking tot een anti-omkopings- en -corruptiebeleid (+9%), rapporteert slechts 4 op 10 bedrijven over de resultaten van dat beleid (+11%). Bovendien vermeldt slechts 50% van de bedrijven de belangrijkste risico's van dit onderwerp (+20%), en maken slechts twee op de tien bedrijven prestatie-indicatoren (+7%) met betrekking tot anti-omkoping en -corruptie bekend."

Mensenrechten

Voor het laatste verplichte niet-financiële onderwerp van het NFRD stelt Olivia Van Heuven dat het onderzoek de afgelopen twee jaar helaas niet veel verbetering aantoont in de kwaliteit van de rapportering over dit onderwerp. "Bijna zeven op de tien bedrijven rapporteren over het mensenrechtenbeleid en due diligence (+0%). Slechts drie op de tien bedrijven rapporteren echter over de resultaten van hun beleid (+2%) en de daaraan verbonden risico's (+11%). Slechts 14% van de bedrijven in het toepassingsgebied neemt prestatie-indicatoren op in hun rapportage op (-3%). De kritisch lage rapporteringsgraad en -kwaliteit stemt niet overeen met de aanzienlijke risico's die de Belgische bedrijven lopen binnen dit thema. Er zijn namelijk veel risico's en overwegingen in verband met mensenrechten met betrekking tot het beheer van de human resources, het beheer van de toeleveringsketen, de bevoorrading, internationale activiteiten in ontwikkelingslanden, en nog veel meer. De CSRD zal naar verwachting wel meer houvast bieden met de verplichte Europese duurzaamheidsrapportering over de sociale en bestuurlijke factoren."

Conclusie

KPMG België concludeert dat niet alle Belgische bedrijven na drie jaar toepassing voldoen aan de huidige NFRD. Hoewel de studie een verbetering aantoont in de rapportering op sommige vlakken (bv. diversiteit, sociaal en personeelsbeleid, milieu), wordt op andere vlakken nog steeds te weinig gerapporteerd (bv. mensenrechten, anti-omkoping en -corruptie), terwijl rapportering over al die onderwerpen een wettelijke verplichting blijft. Wat de kwaliteit van de rapportage betreft (d.w.z. rapportage over resultaten, risico's en met inbegrip van prestatie-indicatoren), is uit de studie gebleken dat de sociale en milieuonderwerpen aanzienlijk zijn toegenomen, maar dat de andere onderwerpen, zoals diversiteit, bestrijding van omkoping en corruptie, en mensenrechten, nog steeds sterk ondermaats presteren.

Ondertussen zal de nieuwe CSRD de duurzaamheidsrapportagevoorschriften van de EU uitbreiden tot alle grote ondernemingen en alle beursgenoteerde ondernemingen. Dat betekent dat wellicht reeds met betrekking tot het boekjaar 2023 de meerderheid van de bijna 50 duizend bedrijven in Europa gedetailleerde, door de EU goedgekeurde normen voor duurzaamheidsrapportering zal moeten volgen en van onafhankelijke auditors zekerheid zal moeten krijgen over de kwaliteit van hun rapportering.

Belgische bedrijven dienen zich dringend vertrouwd te maken met de NFRD die momenteel van toepassing is, want de nieuw voorgestelde CSRD zal zeer binnenkort in voege treden en brengt veel bijkomende strengere vereisten met zich mee voor ook veel meer bedrijven die onder het toepassingsgebied zullen vallen.