“Met een nieuw pensioenstelsel en een klimaattransitie voor de deur moet het roer snel om bij pensioenfondsen. Een nieuw bestuursmodel, meer interne expertise en schaalvergroting zijn daarbij cruciaal.” Dat betoogde Leen Paape, hoogleraar Corporate Governance bij Nyenrode Business Universiteit, tijdens het eerste exclusieve KPMG Pensioenseminar op 31 januari 2022.

Het online seminar maakt deel uit van een serie van vier over de kansen en uitdagingen van het nieuwe pensioenstelsel. Tijdens de eerste editie gingen bestuurders en raden van toezicht met elkaar in gesprek aan de hand van drie thema’s: Governance, ESG en Quality Assurance.

Maar niet voordat de keynotespreker, prof. dr. Leen Paape, de uitdagingen van pensioenfondsen eens stevig had neergezet. In zijn prikkelende openingsbetoog noemde hij het bestuur en het toezicht daarop bij pensioenfondsen “nog niet voldoende professioneel”. In besturen zijn te veel belangen vertegenwoordigd en de sector is nog steeds niet gewend aan toezicht.

One-tier model

Paape pleit ervoor over te stappen op een one-tier model, waarin uitvoerende en niet-uitvoerende bestuurders samen aan tafel zitten. Daarvoor moeten pensioenfondsen beschikken over professionele niet-uitvoerende bestuurders, die het werkgeverschap beheren en waar nodig kunnen ingrijpen.

De uitvoering zou in handen moeten liggen van onafhankelijke en deskundige bestuurders, die daarin niet worden dwarsgezeten door de sociale partners. Vakbonden dienen betrokken te worden bij de totstandkoming van de afspraken, maar: “Zodra die afspraken er zijn, moeten sociale partners zich niet meer bemoeien met de uitvoering ervan.”

Geen fair play meer

Veranderingen zijn volgens Paape hard nodig. Het wordt voor pensioenfondsen steeds moeilijker om op te boksen tegen vermogensbeheerders als BlackRock met 10.000 miljard dollar onder beheer. Schaalvergroting noemt de hoogleraar aan Nyenrode noodzakelijk om te kunnen professionaliseren. “Het is tijd om de kennis en kunde weer meer in eigen huis te krijgen en houden.”

Uit een peiling onder deelnemers bleek dat bijna de helft van de pensioenfondsen al bezig is met de programma-inrichting ten aanzien van het nieuwe pensioenakkoord. Van deze organisaties is reeds de helft met de uitvoer gestart. Zo’n 30 procent van de pensioenfondsen bevinden zich nog in de voorbereidings- of verdiepingsfase.

Klimaattransitie

Met betrekking tot de klimaattransitie ziet Paape pensioenfondsen als een force for good, partijen die met hun beheerde vermogens de transitie kunnen versnellen.

Het nieuwe pensioenstelsel biedt pensioenfondsen in elk geval de mogelijkheid om te ‘resetten’. Geen overbodige luxe, met het oog op de andere uitdagingen die nog wachten, zoals mensenrechten en biodiversiteit.

“Door het nieuwe pensioenstelsel gaat alles toch op de schop”, merkte een deelnemer op tijdens een breakoutsessie. “Als je klimaat en ESG nu alvast goed integreert in de strategie, kun je straks veel makkelijker mee in andere ontwikkelingen.” En een deelnemer gaf aan “Eerlijkheid en Solidariteit gaan niet samen.” 

Wel verschilden de aanwezige bestuurders van mening over de vraag in hoeverre technische ESG-kennis noodzakelijk is voor RvT-leden, of dat kritisch doorvragen vanuit gezond verstand afdoende is.

Aanjagers

Een deel van de deelnemers weersprak krachtig de gedachte dat pensioenfondsen visie en beleid missen op ESG. Volgens hen zijn de fondsen zelf juist de aanjagers richting vermogensbeheerders.

Een andere participant duidde dit echter als uiting van de heersende zelfoverschatting die zo gevaarlijk is in de context van kennis-asymmetrie tussen fondsbestuur-vermogensbeheerder. 

Kritische blik van buiten

De roep om professionalisering en een nieuwe bestuurscultuur kon rekenen op steun van de aanwezigen. Maar niet als dit het einde zou betekenen van parttimebestuurders. “We moeten juist blij zijn met bestuurders die nog een echte baan ernaast hebben en een kritische blik van buiten meenemen.”

In elk geval was hoogleraar Paape in zijn opzet geslaagd: zijn betoog vormde de aftrap voor een stevige, inhoudelijke gedachtewisseling. “Bestuursmodellen zijn inderdaad nooit heilig”, besloot hij. “Uiteindelijk moeten de mensen het waarmaken.”