• Bart van Loon, Partner |
  • Jeroen Bolt, Director |
4 minuten leestijd

De COVID-19-pandemie is een extreme, wereldwijde, stressvolle gebeurtenis die de veerkracht en slagvaardigheid van regeringen over de hele wereld op de proef heeft gesteld. In reactie hierop moest ook de Nederlandse regering zich snel mobiliseren, leren op nieuwe manieren te opereren en met spoed besluiten nemen om zich aan deze veranderende omgeving aan te passen. Geconfronteerd met een groot aantal risico's en problemen, heeft onze regering een aantal maatregelen doorgevoerd met als doel de gezondheid van onze burgers te beschermen. Daarnaast werden (onder andere) technologie en digitalisering ingezet om de continuïteit van de dienstverlening te waarborgen, om financiële steun te bieden én om verbonden te blijven vanaf het begin van de pandemie. Deze initiatieven vereisten op hun beurt een grote mate van samenwerking tussen verschillende overheidsinstanties om bijvoorbeeld snel informatiebeveiligingsmaatregelen of fraudepreventiemaatregelen op te tuigen. De race om de Nederlanders veilig te houden en te steunen is hierbij echter mogelijk op sommige vlakken ten koste gegaan van de gebruikelijke nauwkeurigheid die van onze beleidsmakers wordt verlangd.

De pandemie heeft ook laten zien hoe verbonden onze wereld is. We opereren in meerdere met elkaar verweven netwerken, zowel fysiek als virtueel. Elk element werkt met elkaar samen en elke wijziging aan een enkel element kan de rest van het netwerk beïnvloeden. We kunnen een vergelijking maken met de 'vlindertheorie' – waar een kleine verandering 'hier' een significante impact 'daar' kan creëren – of de 'kettinganalogie', waarbij de sterkte van een ketting zo sterk is als de zwakste schakel. Hoewel deze verbondenheid veel mogelijkheden biedt, bijvoorbeeld op het gebied van informatiedeling en transport, gaat dit ook met grote risico's gepaard. Zo hebben we geleerd dat de voordelen van onze verbonden wereld zich snel tegen ons kunnen keren in de vorm van een pandemie die met minimale beperkingen 'reist' tussen landen en regio's en bijna elk aspect van ons leven beïnvloedt (bijvoorbeeld gezondheidszorg, financiële markten en werkgelegenheid). Belangrijk vraagstuk is dan ook hoe we maximaal kunnen we profiteren van de voordelen van de hoge mate van verbondenheid op onze wereld, terwijl we de keerzijde hiervan minimaliseren.

De COVID-19-pandemie heeft ons geleerd dat we ons, door deze hoge mate van verbondenheid in onze huidige samenleving, een reactieve risicomanagementstrategie niet meer kunnen veroorloven. Onder het motto 'voorkomen is beter dan genezen', doen overheden er goed aan een meer holistische en proactieve benadering van risicomanagement aan te nemen, om op die manier een beter beeld te vormen van kritieke risicofactoren en hierop te focussen. Om hun risicomanagement strategie te optimaliseren, zullen regeringen moeten nadenken over hoe de kloof tussen traditioneel risicomanagement en de snel veranderende en sterk verbonden maatschappij waarin we leven, overbrugd kan worden.

Traditioneel risicomanagement – vaak geïsoleerd, statisch, gericht op discrete gebeurtenissen en meerdere niveaus lager dan de hoogste besluitvormers – volstaat niet meer. Kans en impact op zichzelf zijn niet langer voldoende. Dynamic Risk Assessment, of 'DRA', is een evolutie van traditionele risicomanagementmethoden, waarbij verbondenheid tussen risicofactoren wordt meegenomen bij de evaluatie en meting van risico's. Deze vernieuwende risicomanagement­methodologie erkent dat risico's (en de hieraan verbonden kans en impact) vaak niet op zichzelf staan, maar met elkaar verbonden zijn binnen één of meerdere netwerken. DRA gaat hiermee verder dan het afzonderlijk managen van risico's en helpt extreme scenario's of stressvolle gebeurtenissen te herkennen en te managen.

Infographic

Door zich te concentreren op deze connectiviteit hebben regeringen met succes deze nieuwe en dynamische benadering van risicobeheer gebruikt om enkele belangrijke risico's aan het licht te brengen die anders over het hoofd waren gezien. Hoewel deze risico's individueel onschuldig leken, waren het mogelijke 'triggers' die kettingreacties binnen een netwerk konden veroorzaken. Zo is algemeen bekend dat een risico als infrastructuurfragiliteit gerelateerd is aan bijvoorbeeld de bereikbaarheid van hulpdiensten, maar ook aan inkomensongelijkheid, en wordt dit risico proactief gemanaged door preventief onderhoud aan wegen.

De reactiesnelheid van onze regering heeft zeker bijgedragen aan ons vermogen om de COVID-19-crisis het hoofd te bieden. Toch blijft het de vraag hoe veerkrachtig we zijn om te reageren op toekomstige bedreigingen. Zogenaamde 'once in a lifetime'-gebeurtenissen of extreme scenario's worden in toenemende mate werkelijkheid. De grote depressie, terrorisme, de dotcom-zeepbel en de kredietcrisis zijn allemaal extreme gebeurtenissen. Overheden over de hele wereld begrijpen inmiddels het belang van risicoverbindingen en erkennen het belang van het vergroten van de risicobestendigheid.